Houdt je van varen en wil je de grens oversteken van Thailand naar Laos? Neem dan de boot! Het heeft in totaal drie dagen geduurd voor we op de eindbestemming aankwamen, maar dat was het zeker waard. Deze blog gaat over mijn ervaringen met de boot van Thailand naar Laos. Lees mee!

Reisdag 1: naar het meest noordelijke puntje van Thailand
Het is half zeven ’s ochtends als de wekker gaat. Normaal niets voor mij, maar vandaag is een bijzondere dag. We hebben namelijk om negen uur de bus van Chiang Mai naar Chiang Khong geregeld. Ons visum voor Thailand verloopt morgen en Chiang Khong is één van de oversteekplaatsen naar Laos. Het plan is om vanuit daar met de boot van Thailand naar Laos te reizen. Daar start weer een nieuw avontuur voor ons!
Helaas moeten we zo vroeg op, omdat we nog niet helemaal klaar zijn met onze spullen pakken. Lees, ik moet nog een paar shirts in mijn tas doen, maar Victor moet zijn hele tas nog inpakken. We betalen 200baht (zo’n 5 euro) voor een songtaew naar het busstation en off we go!

Verrast worden in Chiang Khong
Na een lange busrit is het uiteindelijk 16:00 uur als we aankomen. Wauw, wat worden we positief verrast! We gingen er een beetje vanuit dat Chiang Khong niet veel te bieden zou hebben. Fout gedacht, want de omgeving is werkelijk prachtig. Vanuit ons hostel kijken we uit op de Mekong rivier en worden we omringt door bergen. Tijdens het ‘gouden uur’ kleurt de lucht in de meest mooie kleuren.
Het enige minpunt hier zijn de muggen. In de rest van Thailand zijn we niet zo veel gestoken, maar hier werd ik de volgende dag wakker met 14 (!) muggenbulten op mijn linkerbeen! Moet je nagaan hoe de rest van mijn lichaam eruit zag.

Reisdag 2: Opgelicht worden aan de grens
Rond acht uur ’s ochtends worden we opgehaald door een local die ons naar de Thaise grens bracht. Daar werd ons paspoort gecheckt en een deel van ons Thaise geld omgewisseld voor dollars. Dit zou goedkoper zijn om ons visum in Laos mee te betalen. Helaas zijn we hier zwaar opgelicht, aangezien we 2500baht betaald hebben voor 70 dollar, terwijl we (toen we het later omrekenden) zo’n 85 dollar terug hadden moeten krijgen. Oeps… Ook probeerde de beste man ons nog verder op te lichten door te zeggen dat het vandaag de 28e was (waardoor ons Thaise visum dus niet meer geldig zou zijn en we een boete moeten betalen). Daar trapten we gelukkig niet in.
Tijdens het wachten op de bus die ons door niemandsland zou brengen (van de Thaise grens naar de grens in Laos), kwam Victor op het idee om hier ons Thaise geld om te wisselen voor Laotiaanse KIP. En ja, dat is echt hoe je het schrijft, de afkorting is LAK haha. Dit bleek een heel goed idee te zijn. Het was namelijk zondag, dus alle banken waren dicht in Laos. Verder was het ontzetten druk bij het wisselkantoor aan de kant van Laos. Daar hoefden we toen niet in de rij te staan!
We hadden nog 15794 baht (ongeveer 413 euro) en kregen hier 4.020.400 LAK voor. Volgens een omrekenprogramma zouden we eigenlijk 4.111.772,25 LAK moeten krijgen, maar dat zijn waarschijnlijk de provisiekosten. Het lijken hoge provisiekosten, maar het is eigenlijk maar tien euro!

Met de boot van Thailand naar Laos
Het aanvragen van ons visum was simpelweg een kwestie van het formulier invullen dat klaar voor je lag en je paspoort afgeven om er een stempel in te krijgen. Nadat dit gelukt was gingen we op weg naar de boot die ons in twee dagen van Thailand naar Laos over de Mekong rivier brengt. Het was half tien ‘s ochtens toen we aankwamen bij de pier. De boot ging pas om half 12. Dat was een lánge zit. Gelukkig had ik nog een film gedownload op Netflix om de tijd te doden. Victor ging wat foto’s maken in de omgeving.
De bootrit was prima, al duurde hij best lang. We kwamen pas rond 17:00 uur aan in Pakbeng, de overnachtingsplaats. De stoelen op de boot waren oude autostoelen die verrassend lekker zaten! We hadden van tevoren enkele horror verhalen gehoord over bagage die in het water zou vallen en overvolle boten, maar daar hebben wij niets van gemerkt.

Eerste ervaringen in Laos
Toen we de boot afkwamen in Pakbeng was het een gekkenhuis van locals die hun kamers stonden aan te prijzen (waar overigens geen prijs bij stond, dat moest nog onderhandeld worden). We kozen voor een kamer die ons 40.000 LAK zou kostten, 4 euro dus. Als een soort koeien werden we achterin een auto geladen en naar het hostel gebracht. Gekke ervaring! De kamer was prima. Er zat geen schimmel op de muur, er waren geen ongewenste bezoekers zoals kakkerlakken, de deur kon op slot en de wifi deed het. We hadden in het begin alleen geen stromend water, maar hé, wie hoeft er te douchen na een hele dag op een boot vertoefd te hebben? (;
Bij het avondeten (heerlijke Indiase curry met naanbrood) zagen we de maan in volle glorie boven de Mekong. De maan was zo groot en er kwam zoveel licht vanaf; ik heb nog nooit zoiets gezien. We hebben het geprobeerd vast te leggen, maar dit lukte niet echt. Sommige dingen zijn niet bedoeld voor de camera en dit was er één van. Tot zover reisdag 2.



Reisdag 3: van Pakbeng naar Luang Prabang
Vandaag ging weer vroeg de wekker, omdat om 9 uur de boot vertrok richting Luang Prabang. We hadden gister een ontbijt en lunch pakket geregeld bij het hostel (sandwiches met groente en rijst met groente), waardoor we ons om eten niet druk niet hoefden te maken. We hadden gedacht dat we als ontbijt de sandwiches kregen en als lunch de rijst. Maar, dit is natuurlijk Azië. Dus we kregen om zeven uur ‘s ochtens een bord warme rijst… Tijdens het eten zat een hond vol aanbidding naar Victor en zijn bord eten te kijken. Uit pure ellende ging Vic maar op de tafel staan.
De bootrit was weer prima. Uiteindelijk kwamen we om 16:00 aan in Luang Prabang gebied (daar zo meer over), wat betekende dat we die dag zo’n 7 uur op de boot gezeten hadden.

Luang Prabang stad of Luang Prabang gebied?
Toen we aankwamen was er eerst nogal wat verwarring of we er hier al uit moesten. We waren immers nog niet bij de stad. Toen de motor afsloeg en de persoon die de boot bestuurde verdween werd het wel duidelijk dat dit het eindpunt was. We kwamen dus aan in Luang Prabang gebied en niet de stad zelf. Die lag nog zo’n 10 km verderop.
Voor 20.000 LAK per persoon werden we met een took took (de Laotiaanse equivalent voor een tuk tuk zoals je ze in Thailand ziet) naar het centrum gebracht. Daar moesten we nog eventjes lopen naar ons hotel. Pas in de took took beseften we ons dat we nu écht in Laos waren. De reis op de boot voelde als onderdeel van de reis richting Laos. Wat vooral opviel, is dat Luang Prabang stukken minder op het westen georiënteerd is dan Chiang Mai (of de rest van Thailand). Je ziet ook bijna geen supermarkten, terwijl in Thailand om de zoveel honderd meter een 7/11 te vinden is. Maar wat we ook zagen, is dat het hier prachtig is en dat we ons hier zeer waarschijnlijk goed zouden kunnen vermaken!
